Zorgen voor een kind dat (tijdelijk) niet thuis kan wonen, kan op verschillende manieren. Van langdurige pleegzorg tot crisis- of vakantiepleegzorg. Je kunt het verschil al maken door regelmatig een weekend voor een pleegkind te zorgen. Welke vorm past het best bij jou?
Het mooiste is als een kind in diens vertrouwde omgeving kan blijven. Bijvoorbeeld bij familie, vrienden of buren. Dit heet netwerkpleegzorg. Voor een weekend, een paar weken of soms een aantal maanden of jaren.
Als thuis de spanning oploopt, dan biedt pleegzorg voor weekend, een paar dagen in de week of een vakantie uitkomst. Zo kan het thuis weer wat rustig worden. Bij weekendpleegzorg komt het kind 1 tot 2 weekenden per maand bij jou. In overleg soms ook een dag doordeweeks of in de vakantie. Vakantiepleegzorg kan al voor 1 keer.
We kijken altijd of een kind terug kan naar de ouders. Als dit niet gaat, zoeken we een plek waar een kind langere tijd kan wonen. Totdat bekend is waar het kind naar toe kan, blijft die bij jou. Dit is kortdurende pleegzorg en kan een paar maanden tot een jaar zijn.
Sommige kinderen kunnen niet meer bij hun ouders wonen. Zij groeien dan op in een pleeggezin. Vaak tot ze 21 jaar zijn. Goed om te weten: het is nooit helemaal zeker of een kind ook echt zo lang blijft. De thuissituatie kan altijd veranderen.
Als het thuis onveilig is, moet een kind direct uit huis. Zonder rustig vooraf kennis te maken, komt het kind terecht bij een crisispleeggezin. Het kind blijft hier zo lang als nodig. Soms gaat crisispleegzorg over in kortdurende pleegzorg. In die tijd zoeken we uit of het kind terug kan naar huis of naar een andere woonplek.
Dat kan als gezinshuisouder in een van de gezinshuizen van Levvel. Je biedt dan een thuis aan kinderen of jongeren die veel hebben meegemaakt. Vaak hebben ze al op veel verschillende plekken gewoond.